Deel 3

UIT DE GROND: TURF EN GRAS
(SALADE)

21. Kunst, Deel 1 (Schilderkunst En Muziek)
Aan de westrand van het dorp woonde een kunstenares
in het laatste huis voor het bord dat aangeeft
dat het dorp hier eindigt.
Ze woonde samen met haar vriend, een muzikant
die de eerste keer dat ik hem zag
het gras maaide.
De groep waarin hij speelde, bracht muziek
in het Gronings dialect ten gehore
en was genoemd naar de turf
die hier uit de grond werd gestoken.

22. Overdag
Overdag kwam het geluid in golven,
een voortdurend aanzwellen en tot fluisteren vervagen
van auto’s die via de doorgaande weg –
die van oost naar west en van west naar oost
door het centrum van Peest voerde –
langs de velden reden
waar de paarden graasden.


23. Paarden
Er leken wel evenveel paarden als mensen te zijn in Peest.
In de zomer brachten ze hun dagen door
in de weiden waarvan zij het gras kort graasden
weiden die zich nu zonder kuilen of voren
groen en vlak uitstrekten.

In Houston, waar ik vandaan kom,
kost een dicht en groen gazon
veel water en veel zorg,
vooral in tijden van droogte.
Maar in Peest werkten de wolken en de dauw,
de zon en de paarden samen
om een grastapijt te creëren
waar iedere Texaan jaloers op zou zijn.


24. Veen
Een man in Peest keerde een schaal om,
om me te laten zien hoe Drenthe er vroeger had uitgezien:
een heuvel
door moerasland omgeven.

Het moerasland werd drooggelegd en het veen –
dikke, opeengepakte lagen van gedeeltelijk afgebroken
plantaardig materiaal,
vergelijkbaar met de door vocht aangetaste bladzijden
van een vermolmd geschiedenisboek
of een atlas –
werd in plakken gesneden
en uit de grond los gestoken
om als turf, getast en gedroogd,
door het land te worden vervoerd
om in kachels te worden verstookt.


25. ‘Money Changes Everything’
In Drenthe bevond zich teelaarde onder het veen
en het aantal boerderijen nam toe.
En later, toen er hout nodig was
om de mijnen in het zuiden te stutten,
werden er bossen aangeplant,
keurige rijen douglassparren eerst,
later ook eiken en andere loofbomen,
een gemengd bos dat op gecontroleerde wijze
mocht ‘verwilderen’.
De economie veranderde, het landschap veranderde,
ook het veen,
want ‘Money Changes Everything’
zoals het lied zegt.


26. Voetpaden
Ik trok over de veenpaden
die langs de rand van bos en veld voeren
en nooit was ik alleen.
Altijd waren er ook anderen,
fietsers, ruiters
of wandelaars,
want Drenthe stond bekend
als een uitgelezen plek om te wandelen.

In Peest ontmoette ik een vrouw
die van plan was om helemaal
naar Santiago de Compostella te lopen
en tot mijn schande moest ik bekennen
dat ik niet wist waar dat lag.

De volgende ochtend zag ik haar
in noordelijke richting het dorp uitlopen.
Ze riep me, maar ik deed alsof
ik haar niet hoorde
omdat ik slechts een handdoek droeg
en op het punt stond
me te wassen met het water uit een emmer
in het veld bij de Paasbult
en ik in mijn halfnaakte staat
mij opnieuw schaamde voor haar.
Voor zover ik weet, is ze inmiddels halverwege Spanje.


27. ‘Natuur’
De fiets die ik mocht gebruiken rammelde en rinkelde
als een wapenrusting
maar voldeed voor de taak waarvoor hij diende
voor de taak die mij wachtte
mij en al die andere wandelaars en fietsers
die hun rol hebben gespeeld in de transformatie van Peest
tot een dorp van bed & breakfasts
met een gezellig restaurant.

En ondanks al deze door mensen gewrochte veranderingen,
van drasland tot grasland
tot bossen die hier nooit eerder waren,
werd Drenthe om zijn natuur geroemd.
‘Daarom willen de mensen hier wonen’, zei een vrouw,*
‘om dicht bij de natuur te zijn’,
Zoals dat ook de reden voor haar was geweest,
om in Peest te gaan wonen.

* Eeuwenlang was Drenthe soms de meest dunbevolkte provincie van Nederland en soms de provincie met de grootste bevolkingstoename, soms beide tegelijk. Alsof er altijd mensen heentrokken, maar er bijna niemand woonde.




28. Salade
De mensen die me te eten hadden gevraagd
hadden een aantal verschillende salades bereid,
in groentencombinaties
die ik nooit eerder had geproefd,
want de salades die ze hier maakten
waren heel anders dan bij ons in Texas
en we praatten over waar we allemaal zoal geweest waren,
we praatten over veel verafgelegen landen
en ook over Duitsland
want in gesprekken in Peest is Duitsland nooit ver weg.


29. Kunst, Deel 2 (Dans)
En we praatten over kunst.
Een van de kunstenaars merkte op hoe verschillend
de noordelijke en zuidelijke dansculturen zijn:
het vrije en feestelijke van de Afrikanen,
het stijve, terughoudende en beheerste van de Noren.

Met zijn armen en gezicht beeldde hij beide stijlen uit –
in imitatie van de Afrikanen
zwierde hij met zijn armen boven zijn hoofd
en straalde met zijn gezicht vervoering uit,
terwijl hij zich voor de Noren
een barse uitdrukking aanmat
en zijn armen slechts nauwelijks merkbaar boog.

Het grappige is dat zijn karikatuur van een noorderling
en die van een Noord-Nederlander
in de ogen van mijn vrienden uit Eindhoven,
dezelfde was.


30. Kunst, Deel 3 (Kaarten Maken)
En ook een andere kunstenares die ik in Peest ontmoette,
schilderde puur voor zichzelf,
‘Als een vorm van zelfexpressie’, zoals ze zei.

Na het eten liep ik naar het paasvuurveld
en in het licht van de maan wierpen de bomen hun schaduwen
over de turfgrond waarop ik liep,
de grond die van moeras en veen
tot akkerland was geschapen
en toen tot bos en wandelpad.
Een kaart van het landschap als een keuzemenu
voor de mensen die er woonden,
die als een vorm van zelfexpressie
vorm gaven aan het landschap
en zo de werelden creëerden die zij zich wensten.

De weg naar huis was donker, maar ik werd geleid
door het geluid van de paarden, snuivend en grazend.